Blauwtong

Update informatie: 15-9-2023

Op een viertal schapenhouderijen in Nederland is er een besmetting met blauwtongvirus (BTV) vastgesteld op 4 september 2023 (zie bericht: Blauwtongvirus vastgesteld op enkele schapenbedrijven in Midden-Nederland | Nieuwsbericht | Rijksoverheid.nl). Het is voor het eerst sinds 2009 dat er in Nederland weer een besmetting met BTV is vastgesteld. De besmetting vormt geen gevaar voor mensen, maar er zijn wel gevolgen voor de sector. De EU vrijstatus die Nederland sinds 2012 had voor deze ziekte komt hiermee helaas te vervallen.

Op 3 en 4 september jl. ontving de NVWA meerdere verdenkingen van blauwtong in de gemeente Wijdemeren (provincie Noord-Holland) en de gemeente Stichtse Vecht (provincie Utrecht). De klinische verschijnselen op de verschillende houderijen leken op elkaar: dieren hadden koorts, waren lusteloos en hadden ontstekingen in de bek en soms aan de poten. De NVWA heeft alle bedrijven op 4 september bezocht en monsters genomen voor onderzoek. Na afgelopen week blijkt dat er bij meerdere bedrijven en/of dierhouders in ons praktijkgebied BTV is vastgesteld. Hieronder proberen wij u zo goed mogelijk te informeren of de huidige stand van zaken.

Wat is blauwtong?
BTV is een virusziekte die vooral voorkomt bij schapen en runderen, maar ook andere herkauwers kunnen gevoelig zijn. Verschillende serotypes kunnen bij BTV worden onderscheiden. Besmettingen met BTV kunnen leiden tot wisselende ziekteverschijnselen, van symptoomloos tot zeer ernstig. De verschijnselen die kunnen worden gezien zijn:

  • Koorts;
  • Ontsteking van mond- (o.a. gehemelte en tong) en neusslijmvlies;
  • Vochtophopingen over het gehele lichaam;
  • Zweertjes aan de uier;
  • Zwelling van de kroonranden, waardoor kreupelheid kan ontstaan.

Normaliter is de ziekte niet dodelijk en knappen de dieren zonder veel problemen op, maar door complicaties (zoals slecht eten) kan sterfte toch voorkomen.

Runderen vertonen weinig opvallende verschijnselen. De ergste gevallen laten koorts, speekselen en zwelling van de neusspiegel en lippen zien. Ook heeft het virus invloed op de vruchtbaarheid. Vroege embryonale sterfte, abortus en afwijkende vruchten werden maanden na de infectie veel gezien (Bron: veehouder & veearts, april 2019).

De ziekte verspreidt zich niet via direct contact, maar wordt verspreid door kleine mugjes (oftewel knutten). Knutten kunnen zich door zelf te vliegen, of met de wind, eenvoudig over grotere afstanden verplaatsen. Hoewel de knutten de belangrijkste overbrengers van blauwtong zijn, mogen ook andere bloedzuigende parasieten en besmette injectienaalden niet worden uitgesloten.

In Nederland is deze ziekte in 2006 voor het eerst vastgesteld. Schapenhouders zagen destijds veel zieke dieren en ook sterfte. Sinds 2012 waren we in Nederland officieel vrij van Blauwtong. In Europa komen meerdere haarden van Blauwtong voor, die met name door 8 serotypes worden veroorzaakt, te weten: BTV-1, -2, -3, -4, -6, -8, -9 en -16.

Behandeling
Als een dier eenmaal is besmet, is behandeling niet mogelijk. Het dier kan ondersteund worden met pijnstilling en evt. op advies van dierenarts aangevuld worden met antibiotica tegen secundaire bacteriële infecties. Het is bekend dat zieke schapen vaak onvoldoende vocht opnemen, waardoor het toedienen van extra water van belang is. Na klinisch herstel is het virus nog +/- 60 dagen in het bloed aantoonbaar.

Dierhouders kunnen maatregelen nemen om de kans op besmetting te verkleinen, door bijvoorbeeld de kans te verminderen dat hun dieren in aanraking komen met de knutten. Dit kan als volgt:

  • De dieren in de schemering en ’s nachts opstallen;
  • Gebruik van insecticiden (o.a. Tectonik Pour on).

Maatregelen
Blauwtong is meldingsplichtig, maar niet bestrijdingsplichtig. Het is dus verplicht verdenkingen van blauwtong te melden bij de NVWA (Landelijk meldpunt dierziekten via 045 – 5463188). Het vlot melden van een (verdacht) ziek dier en eventueel vaccineren indien mogelijk (zie hieronder voor meer informatie), zullen verdere verspreiding helpen voorkomen.

Europese regelgeving schrijft enkele verplichte en optionele maatregelen voor bij het vaststellen van een besmetting. De besmette bedrijven worden tijdelijk door de NVWA geblokkeerd in afwachting van de resultaten van het bron- en contactonderzoek. Dit betekent dat er tijdelijk, uitgezonderd naar de slacht, geen dieren of levende producten afgevoerd mogen worden. Tevens moeten deze bedrijven, waar mogelijk, insectenwerende maatregelen nemen bij hun dieren. De NVWA zal een epidemiologisch onderzoek starten, waaronder ook screening van bedrijven in het gebied, om de verspreiding van BTV in de regio in beeld te brengen. Deze maatregelen kunnen na verloop van tijd worden ingetrokken als blijkt dat deze niet meer bijdragen aan het voorkómen van de verspreiding van BTV.

Daarnaast wijzigen per direct de certificerings-eisen voor de handel in levende herkauwers en hun levende producten (sperma, eicellen en embryo’s). Omdat Nederland niet meer vrij is van BTV gelden aanvullende voorwaarden voor de handel naar andere EU-lidstaten, zoals quarantaine of extra testen.

Vaccineren
Om te kunnen starten met vaccineren is het nodig om eerst het serotype van deze besmetting te kennen en of voor dit serotype een geschikt vaccin beschikbaar is. Helaas is het voor serotype 3 niet mogelijk om te vaccineren.

Informatie
Heeft u zieke schapen en/of andere herkauwers of wilt u preventief de knutten bestrijden, neem dan contact op met de praktijk voor meer advies: 0348-442653.

Kijk voor meer informatie op de volgende websites: