Plotselinge sterfte van lammeren

Afgelopen jaar zijn we helaas een aantal keren bij schapenhouders geweest, waarbij een aantal lammeren plotseling dood in de weide lag. De dagen ervoor was er weinig aan de lammeren te zien en waren ook in een goede conditie. In deze gevallen was er sprake van een infectie met Clostridium perfringens (in de volksmond bekend als ’t bloed). Goede informatie van het bedrijf en de koppel, aangevuld met eventueel pathologisch onderzoek, is nodig om de diagnose te bevestigen. Zeker omdat er meerdere oorzaken bestaan van plotseling sterfte, bijvoorbeeld een infectie met de rode lebmaagworm, een acute leverbotinfectie of zomerlongontsteking.

Clostridium perfringens is een bacterie die normaal in de omgeving en in het dier voorkomt. Omstandigheden waarbij er plotseling sprake is van toename van suikers op darmniveau kunnen de aandoening in de hand werken. Denk hierbij bijvoorbeeld aan veel krachtvoer in verhouding tot ruwvoer, een grote melkopname, plotselinge voerverandering of een overgang naar weiden met jong, eiwitrijk gras. Onder deze omstandigheden kan de bacterie zich gemakkelijk vermeerderen. Daarbij worden ook veel gifstoffen geproduceerd die zorgen voor beschadiging van bloedvaten en darmen, waaraan het dier vaak snel sterft. Een behandeling haalt vaak niets meer uit.
In principe kan de aandoening voorkomen bij alle leeftijden, maar de meeste problemen worden gezien bij lammeren van enkele weken tot enkele maanden oud.

Gelukkig zijn de meeste problemen als gevolg een infectie met Clostridium perfringens te voorkomen door middel van vaccinatie. Dit kan enerzijds door drachtige moederdieren te vaccineren aan het einde van de dracht, waardoor ze afweerstoffen met de biest meegeven aan de pasgeboren lammeren. De lammeren zijn dan de eerste 2 tot 3 maanden beschermd. Voorwaarde is wel dat de moederdieren goed gevaccineerd zijn en dat de biestvoorziening goed voor elkaar is! De basisvaccinatie bestaat uit een tweevoudige vaccinatie met een tussentijd van 4-6 weken, die jaarlijks herhaald moet worden. Om bovengenoemde bescherming bij de lammeren te geven moet de boostervaccinatie acht tot twee weken voor het verwachte aflammeren plaatsvinden.

Een andere mogelijkheid is om de lammeren tweemaal te vaccineren na de geboorte. Vanaf 2 of 3 weken (afhankelijk van vaccin) kunnen dieren gevaccineerd worden met een tussentijd van 4-6 weken. Het duurt wel even voordat het vaccin een volledige bescherming geeft, waardoor de lammeren toch een risico lopen op problemen als gevolg van Clostridium perfringens. Naast vaccinatie blijft het natuurlijk altijd opletten met plotselinge voerveranderingen of andere voedingsfouten!

Heeft u plotseling sterfte onder uw dieren of wilt u aanvullende informatie? Neem dan contact op met de praktijk: 0348-442653. Meer informatie over de vaccinatie voor ’t bloed en andere vaccinaties, kunt u HIER vinden.