Mastitis gericht behandelen: test zelf op uw bedrijf!

Mastitis bij het rund wordt meestal veroorzaakt door bacteriën. Van oudsher wordt bij de behandeling van mastitis antibiotica gebruikt en in de praktijk is dit bijna altijd een 1e keuze antibioticum als het een milde tot matig ernstige mastitis betreft. Echter, alleen mastitisgevallen veroorzaakt door zogenaamde Gram Positieve bacteriën (bijvoorbeeld Staphylococcen en Streptococcen) zijn gebaat bij een antibioticumbehandeling met een 1e keuze middel. Bij mastitisgevallen waarbij geen bacterie is aangetoond of waarbij een Gram Negatieve bacterie (bijvoorbeeld E. coli) wordt aangetoond is een behandeling met een 1e keuze middel zinloos. Uit onderzoek blijkt dat afhankelijk van de bedrijfssituatie wel tot 50% van de mastitisgevallen wordt veroorzaakt door een Gram Negatieve bacterie of waarbij geen bacterie is aan te tonen.

Door het zelf testen van melkmonsters van koeien met milde mastitis (graad 1 en 2) kunt u een indicatie krijgen onder welke groep mastitiskiemen de verwekker valt en daar de antibioticatherapie op baseren of een antibioticatherapie zelfs geheel achterwege laten (zie figuur 1). De Gr +/- mastitistest is een ideale test die u zelf kunt gebruiken op uw bedrijf en binnen 12-16 uur een uitslag geeft.

Gebruik hiervoor de Gr +/- mastitis sneltest zoals hieronder beschreven in de gebruiksaanwijzing. Neem bij twijfel over het uitvoeren en aflezen van de test en over de in te stellen behandeling altijd contact op met uw dierenarts.

Figuur 1: Beslisboom mastitisbehandeling op basis uitslag Gr +/- mastitissneltest

Gebruiksaanwijzing Gr +/- mastitis sneltest

Volg voor het inzetten en aflezen van de Gr +/- mastitis sneltest onderstaand stappenplan. Dit wordt ook uitgelegd in het filmpje.

Benodigdheden:
Melkmonsterbuisje(s), watervaste stift, tepeldoekje(s) en handschoenen, steriel pipetje, teststrip, incubator.

Voorbereiding:

  1. Noteer het koenummer, datum en kwartier op het melkbuisje met een watervaste stift.
  2. Maak de uier en speen schoon met een schone doek.
  3. Melk een aantal stralen melk weg.
  4. Ontsmet de speenpunt met een tepeldoekje en/of spiritus met watten.
  5. Melk nogmaals 2-3 stralen melk weg.
  6. Neem het melkbuisje tussen duim en wijsvinger. Druk met uw duim het dopje naar boven. Zorg ervoor dat de dop zover omhoog staat dat de opening van de buis volledig vrij is. Voorkom dat u de binnenkant van het dopje raakt. Melk een aantal stralen melk in de melkbuis en sluit het dopje.
  7. Plaats de melk zo spoedig mogelijk op de Gr +/- teststrip (koel of vries de melk niet)

Inzetten van de Gr +/- mastitis sneltest:

  1. Plaats de Gr +/- teststrip op een horizontaal oppervlak.
  2. Zuig de melk op met behulp van een steriele pipet. Bij erg vlokkerige melk de melk iets laten uitzakken zodat er weinig tot geen vlokken in de pipet komen, hierdoor kan de teststrip verstopt raken.
  3. Doseer de melk op de ronde monsterholte door stevig op de pipetbal te drukken.
  4. Wacht totdat de melk zichtbaar is in de drie rechthoekige testoppervlakken.
  5. Plaatst de teststrip in de mini incubator. Check of de incubator aan staat (knipperend groen lampje).
  6. Zorg ervoor dat de teststrip altijd horizontale positie blijft.
  7. Bewaar de rest van het melkmonster in de koelkast of vriezer en stuur dit in naar het laboratorium om de precieze mastitiskiem te detecteren.

Aflezen van de Gr +/- mastitis sneltest:

  1. De teststrip kan na ongeveer 12-16 uur worden afgelezen. Indien nog geen groei is aangetoond na 16 uur de teststrip 24 uur na het inzetten nogmaals aflezen, sommige bacteriën hebben langer de tijd nodig voor een kleuromslag.
  2. Bij het aflezen wordt gekeken naar de kleuromslag in de afleesvensters. Bij het aflezen worden de afleesvensters van boven naar beneden afgelezen (zie ook figuur 2):
    1. Bovenste afleesvenster. Als het bovenste afleesvenster na 16 uur blauw blijft is er geen bacteriegroei aangetoond in het melkmonster. Als het bovenste testoppervlak geel is duidt dit op bacteriegroei in het melkmonster (gezichtje is niet blij).
    2. Middelste afleesvenster. Als het middelste afleesvenster geel is geworden duidt dit op de aanwezigheid van Gram negatieve bacteriën in het melkmonster. Als dit afleesvenster blauw is geworden duidt dit op de aanwezigheid van Gram positieve bacteriën.
    3. Onderste afleesvenster. Het onderste afleesvenster is een referentieveld voor de kleur blauw. Afhankelijk van het type bacteriën en vetgehalte kan de kleur blauw soms iets variëren per monster. Deze kleur blauw wordt als referentie genomen om te bepalen of er in het bovenste en middelste afleesvenster een kleuromslag naar blauw heeft plaatsgevonden.
  3. Gebruik voor de beslissing over de behandeling van mastitis naar aanleiding van de uitslag van de Gr +/- mastitistest bijvoorbeeld het stroomschema in figuur 1 (maar niet zonder dat u samen met uw dierenarts dit stroomschema hebt doorgenomen en uw bedrijfsbehandelplan hebt aangepast). Bij twijfel over de interpretatie van de resultaten van de Gr +/- mastitistest, neem contact op met de praktijk of stuur via de app een foto van het resultaat.


Figuur 2: Interpretatietabel Gr +/- mastitissneltest

Heeft u vragen over de BACT mastitistest en/of wilt u meer informatie hierover? Neem dan contact op met de praktijk: 0348-442653 of stuur een mail naar info@ulp.nu.